Twee regio’s in Zuid Frankrijk, beiden zowel een wijn als toeristische trekpleister… Hoe kan je daar de dag het best beginnen? Met een stevig ontbijt? Tuurlijk. Maar hoe nog beter? Met een flinke dosis zuurstof! Daarom dat enkele dapperen de wekker zette om 5u45, de loopschoenen aantrokken en de omgeving van ons hotel in Béziers gingen verkennen. We liepen onze neus achterna en die bracht ons zo’n 3 km verderop naar les 9 écluses de Fonseranes. Sinds 1680 kan je hier je bootje via sluizen ineens 21 meter hoger laten klimmen in het Canal du Midi. Dit wonder trekt jaarlijks 300.000 bezoekers maar wij waren er samen met de opkomende zon moederziel alleen. Top gewoon! Op de terugweg profiteerden we van een unieke shortcut via het aquaduct die Le Canal over de rivier de Orbe leidt. Onze batterijen waren opgeladen!
La Maison des Vins du Minervois
Eerste halte was La Maison des Vins du Minervois in Homps. Homps ligt in het hart van de AOC Le Minervois dat zich uitstrekt tussen Narbonne en Carcassonne. Het ligt aan de noordzijde van de rivier de Aude. Het Maison is strategisch gelegen naast de drukke toeristische route van het Canal du Midi. Iedereen die per boot of fiets het Canal verkent is er welkom voor een glaasje. Je kan heel wat wijnen per glas degusteren en achteraf koop je je favoriete vakantiefles via hun website. Slim gezien om zo het vakantiegevoel gelijk te schakelen aan wijnen van de Minervois!
In een tweetal uur maakten we kennis met een tiental wijnboeren en hun favoriete wijnen. Wat bij iedereen dadelijk opviel was de hoge kwaliteit van elke wijn die we proefden. Ze hadden allemaal een uitgesproken fraîcheur, mooi fruit, vaak een goed gedoseerde kruidigheid en de meesten hadden een bovengemiddelde afdronk. Niet alleen de rode wijnen, die meer dan de 85% van het Minervois volume uitmaken, maar ook de witte wijnen en rosé konden verbazen. Na een tijdje werd onze groep er zowaar enthousiast van! Zeker als je beseft dat de meeste wijnen voor minder dan tien euro over de toonbank gaan…
Inspirerend waren de talrijke verhalen van de wijnboeren. De meesten waren jonge mensen van minder dan 35 en hoewel sommigen uit wijnfamilie zes generaties kwamen hadden ze allemaal spirit en ambitie! Zo is er bijvoorbeeld een jonge dame van Domaine Rouanet Montcélèbre, die de wijngaard van haar ouders had overgenomen, en dadelijk de coöperatieve had verlaten. Ze ging het zélf en béter doen! Gelukkig merkten we haar gedrevenheid ook in het glas. Bijna allen werken biologisch of biodynamisch. Domein Vordy gebruikt zelfs geen sulfiet maar is toch in staat wijnen te maken met een mooi evenwicht in zuren, fruit en afdronk. Andere ‘speciallekes’ was een carignan gemaakt van wijnstokken van meer dan 100 jaar oud.
Château Sainte-Eulalie in La Livinière
De AOC Le Minervois bestaat sinds 1985. De AOC La Livinière maakt deel uit van Le Minervois en noemt zichzelf ‘le premier cru’ du Languedoc. Zij waren in 1999 inderdaad ‘de eerste’ om een cru status te verwerven. Wat hen onderscheidt is dat elke La Livinière rood is en moet gemaakt zijn van minstens 3 druiven uit de keuze van Syrah, Grenache, Carignan, Cinsault en Mourvèdre. Bovendien verblijft de wijn minstens twee jaar op het domein voor hij wordt verkocht. In Château Sainte-Eulalie gebruiken Isabelle en Laurent Coustral vooral veel Syrah, Grenache en Carignan. Een deel oogsten zij machinaal, omdat dit driemaal goedkoper is dan manueel oogsten. Na de oogst worden alle druiven manueel gesorteerd om steentjes, slakken en kikkers(!) uit de wijn te houden. Nadien worden de druiven gekneusd en vergisten ze in grote betonnen cuves.
De Carignan druif oogsten ze manueel, want ze passen de “macération carbonique” toe. 25 ton aan hele trossen worden in één betonnen, gesloten cuve gedropt. Door het grote gewicht van de stapel druiventrossen wordt de onderste laag geplet en start de alcoholische fermentatie in het vrijgekomen sap. De CO2 die bij de vergisting vrijkomt verjaagt de zuurstof in de cuve waardoor de bovenste laag trossen in een zuurstofloze omgeving liggen. Met behulp van natuurlijke enzymen (dit zijn eiwitten eigen aan de druif) start een interessante chemische reactie waarbij alcohol ontstaat in de druif zelf. Dit blijft duren totdat ook deze druiven openbarsten. In de tussentijd blijven de steeltjes van de trossen aanwezig in de cuve en spelen ze een belangrijk rol voor de uiteindelijke aroma’s in de wijn. Nadien assembleert Laurent de wijn van de verschillende cépages en laat hij die minstens 15 maanden rijpen op eikenhouten barriques van 225 liter.
Bijzonder is dat hij het deel alcohol dat verdampt uit de vaten niet bijvult. Mocht hij telkens de ton hiervoor openmaken, betekent dit dat er zuurstof in het vat komt en hij hierdoor het microbiologische evenwicht verstoort. Daarnaast gebruikt hij vooral oude vaten met dikkere planken van 27 mm dik in plaats van de traditionele vaten met een dikte van 24mm. Vaten reinigt hij altijd met koud water. Hoewel dit moeizamer gaat dan met warm water, vermijdt hij zo het risico dat er zich ongewenste bacteriën en schimmels in het hout nestelen. Laurent is duidelijk een man met een onverstoorbare visie!
Vooral het vrouwelijk gezelschap merkte in de wijngaard aan hun sandaaltjes dat de sterke wind een belangrijk deel van het terroir uitmaakt. Deze wind zorgt in de droge zomer voor verkoeling, maar brengt in de lente en herfst soms zeer intense regens mee. De ondergrond bevat veel stenen en wat klei. Maar de vocht-regulerende kalk is altijd aanwezig. Soms zie je dit ‘witte goud’ bovengronds maar vaak zit het ook dieper vlakbij de wortels van de druivenstokken.
Zijn oudere stokken worden gesnoeid in de goede windbestendige traditionele struikvorm, die men ‘goblet’ noemt. Hierbij is machinaal oogsten niet mogelijk. Voor zijn jongere wijngaarden gebruikt hij daarom een ‘draadgeleiding’ waarbij hij de ranken van de goblet snoeit in palmvorm (palmette).
Op de middag genoten wij van de wijnen van het domein bij een smakelijk aanbod van vegetarische gerechtjes. De ‘Plaisir’ is een jong te drinken paarse fruitige wijn die door een goede balans tussen fruit, zuren en kruidigheid inderdaad heel wat plezier in je glas brengt. Wat je zeker eens moet proberen is ‘La Cantilène’. Hiervan proefden we zowel de jonge 2016 als de gerijpte 2007. Erg mooie kwaliteit voor een fles van 15 Euro!